Terwijl studenten lezen, kan een storyboard dienen als een handig referentielogboek voor karakters. Dit logboek (ook wel karakterkaart genoemd) stelt studenten in staat om relevante informatie over belangrijke karakters op te roepen. Bij het lezen van een roman worden kleine attributen en details vaak belangrijk naarmate het plot vordert. Met het in kaart brengen van karakters zullen studenten deze informatie opnemen, waardoor ze kunnen volgen en de subtiliteiten kunnen ontdekken die het lezen aangenamer maken!
Als u op "Activiteit kopiëren" klikt, wordt zowel het bovenstaande voorbeeld als een lege sjabloon gekopieerd die u naar wens kunt aanpassen. Misschien wil je dat studenten helemaal opnieuw beginnen, of geef je ze de vragen en karakters! Het afdrukken als werkbladen, zodat uw leerlingen ze tijdens het lezen kunnen invullen, is een snelle en gemakkelijke manier om deze karakterkaart in uw klaslokaal op te nemen.
Probeer voor deze personagekaart " OSCAR " te gebruiken, zodat leerlingen meerdere aspecten van een personage kunnen analyseren door middel van directe en indirecte karakterisering.
De hoofdpersoon en een van de oudste jongens. Hij probeert natuurlijk orde op het eiland te brengen. Hij symboliseert de samenleving en de behoefte aan beschaving.
De leider van de jagersgroep die chaos symboliseert.
Ralph's sidekick die wetenschap en logica vertegenwoordigt. Hij wil de orde helpen handhaven. De andere jongens plagen hem echter en respecteren hem niet. Hij wordt gedood wanneer Roger een rotsblok op hem rolt.
Hij vertegenwoordigt moraliteit en wordt niet het slachtoffer van het kwaad in ons allemaal. Hij heeft een gesprek met de 'heer van de vliegen' en sterft kort daarna.
Een wrede sociopaat die de onderbevelhebber van Jack is. Hij rolt het rotsblok op Piggy en doodt hem.
Direct en indirect karakteriseringsvoorbeeld voor Piggy | ||
---|---|---|
DEFINITIE | VOORBEELD | |
O |
Opmerkingen van andere personages
Wat zeggen andere personages over het personage? |
|
S |
Toespraak
Wat zegt het personage over anderen of zichzelf? Hoe kunnen we betekenis en eigenschappen afleiden uit wat een personage zegt? | "...vanwege mijn astma" |
C |
Fysieke eigenschappen
Hoe ziet het personage eruit? Welke beschrijvende woorden worden gebruikt om ze te beschrijven? | Zwaar, draagt een bril, is zeer intelligent en innovatief. |
EEN |
Houding van de auteur
Wat vindt de auteur van dit personage? | In het begin van de roman verwijst de auteur naar hem als de 'dikke jongen' met 'bril' - een houding van gedeeltelijk respect en lichte minachting. |
R |
Reactie van de lezer
Hoe denk je als lezer over het personage? | De manier waarop hij in het boek wordt behandeld, is schokkend. Hij wil alleen het beste voor iedereen, ook al is hij daar vervelend over. |
(Deze instructies kunnen volledig worden aangepast. Nadat u op "Activiteit kopiëren" hebt geklikt, werkt u de instructies bij op het tabblad Bewerken van de opdracht.)
Maak een personage kaart voor de grote karakters.
Geef beknopte definities van directe en indirecte karakterisering, samen met relevante tekstuele voorbeelden. Indirecte karakterisering kan het verhelderen van de acties of gedachten van een personage inhouden. Directe karakterisering kan daarentegen inhouden dat de auteur de kenmerken van een personage verwoordt of de reactie van de lezers of het publiek op de acties van dat personage.
Als leerlingen het verhaal al hebben gelezen en bekend zijn met de personages, kunnen ze belangrijke passages uit het verhaal kiezen die laten zien hoe verschillende persoonlijkheden zowel direct als indirect worden gekarakteriseerd. Leraren kunnen de leerlingen vragen zich te concentreren op de juiste informatie op basis van het type karakterisering en het karakter dat ze analyseren, om tijd te besparen en efficiënt te zijn.
Vraag de leerlingen een lijst te maken van de attributen waarop ze de karakters willen differentiëren. Bijvoorbeeld fysieke verschijning, persoonlijkheidskenmerken en motivaties. Leraren kunnen ook vragen stellen zoals: hoe wordt het personage in het verhaal gezien door andere personages, enz.
Vraag de leerlingen om de personages vanuit hun eigen perspectief als lezers te analyseren. Studenten kunnen ook hun klasgenoten interviewen om meer te weten te komen over de reacties van mensen op de personages. Leraren kunnen de leerlingen een activiteit geven om hun analyse van een personage op te schrijven en deze te vergelijken met de analyse van hetzelfde personage door andere mensen door ze te interviewen.
Help de leerlingen te analyseren en te bespreken waarom het verhaal feitelijk door de auteur is geschreven en wat de auteur wil dat de lezers uit het verhaal meenemen. Zodra leerlingen de betekenis achter het verhaal kunnen begrijpen, zullen ze de plaats en rol van elk personage in het verhaal begrijpen, en de reden daarachter.
Ralph, Piggy, Jack, Simon en Roger behoren tot de hoofdpersonen van de roman "Lord of the Flies". Deze jongens behoren tot de passagiers die de vliegtuigramp hebben overleefd en op een afgelegen eiland zijn gestrand.
Jack begint als de leider van de koorjongens en is eerst geobsedeerd door de jacht en het overweldigen van Ralph. Uiteindelijk leidt hij een jachtgroep die houdt van geweld en chaos en ontwikkelt hij zich tot iemand die steeds gemener en machtsbeluster is.
De kameraadschap tussen Ralph en Piggy of de concurrentie tussen Ralph en Jack onderstrepen bijvoorbeeld de thema's beschaving versus barbarij, orde versus chaos en de strijd tussen goed en kwaad. Studenten kunnen de interacties tussen verschillende personages analyseren om de symboliek en thema's in het verhaal te begrijpen.