Bij een chemische verandering worden nieuwe stoffen gevormd. Dit is het belangrijkste verschil tussen chemische en fysische veranderingen. Studenten moeten op de hoogte zijn van de indicatoren van het al dan niet optreden van een chemische reactie. In deze activiteit maken studenten een spinnenkaart die de tekenen van een chemische verandering identificeert en illustreert.
Een kleurverandering is een teken dat er mogelijk een chemische verandering plaatsvindt. Een voorbeeld van een reactie die een kleurverandering veroorzaakt, is het roesten van ijzer. In deze reactie reageert ijzer met zuurstof in de aanwezigheid van water. Het ijzeroxide dat zich vormt is een oranje / bruine kleur, anders dan de grijze metaalkleur van het ijzer.
Als een gas wordt geproduceerd, is er een chemische reactie opgetreden. Een duidelijk teken hiervan zijn bellen in een vloeistof. Dit moet niet worden verward met koken, omdat koken een fysieke verandering is.
Een verandering in temperatuur, een toename of afname, kan erop wijzen dat er een chemische reactie is opgetreden. Wanneer energie vrijkomt, kan de reactie als exotherm worden omschreven. Wanneer energie wordt opgenomen, kan de reactie worden beschreven als endotherm.
Soms kan, wanneer twee vloeistoffen worden gecombineerd, zich een vaste stof vormen. Deze vaste stof staat bekend als een neerslag en kan op de bodem vallen of kan de eerder heldere vloeistof troebel maken.
Als er een merkbare geur is nadat de reactie is opgetreden, kan dit erop wijzen dat er een chemische verandering is opgetreden. Een voorbeeld hiervan is melk die zuur wordt.
(Deze instructies kunnen volledig worden aangepast. Nadat u op "Activiteit kopiëren" hebt geklikt, werkt u de instructies bij op het tabblad Bewerken van de opdracht.)
Maak een spinnenkaart over de indicatoren van chemische verandering.